In steden met een bruisend nachtleven, is geluidsoverlast een hardnekkig probleem. Ook in de Naamsestraat in Leuven – een van de wegen die studenten ’s nachts lopend of fietsend passeren naar huis. Handhaven is kansloos, want veroorzakers zijn weg zodra de politie ter plaatse is. Daarom is Tabula Rasa door de stad Leuven gevraagd om het nachtlawaai in deze straat aan te pakken met nudging.

De meeste studenten zullen bewoners ’s nachts niet met opzet wakker houden. Daarbij geeft de Naamsestraat een onbewoonde indruk: veel universiteitsgebouwen, geen voortuinen, kale gevels en donkere ramen. Een keer hard naar je vrienden roepen lijkt daardoor weinig kwaad te kunnen. En met alcohol in het spel, kun je ook nog onterecht denken dat je zacht praat.
Nachtelijke stiltezone doorbreekt onbewust gedrag
Door studenten te nudgen met een zogenaamde ‘nachtelijke stiltezone’, maakten we direct helder wat er van hen verwacht werd – zonder met een vingertje wijzen. De grens tussen het uitgaansgebied en slaapgebied (woonwijk) werd zichtbaar gemaakt aan de hand van een opvallende projectie op straat. Hierin maakten we ook duidelijk dat de straat wel degelijk bewoond was, door te vragen of passanten rekening konden houden met de bewoners. Dit gaven we extra kracht door de nudge persoonlijk te maken met namen van mensen die daar op dat moment slapen. We spelen in op emotie door ook namen van kleine kinderen en ouderen voorbij te laten komen, zoals Emma (3) en Ferkan (84).
Effect nudge nauwkeurig gemeten: 32-34% minder nachtlawaai
Slimme geluidsmeters van Munisense in de Naamsestraat konden met een algoritme meten hoe vaak er werd geroepen en gezongen. Gedurende de tweede testperiode van 7 weken daalde dit nachtlawaai tussen de 32% en 34% in de buurt van de nudge ten opzichte van de controleperiode.
Effect van de nudge toegelicht
Gedurende twee testperiodes (in totaal 10 weken) is nachtlawaai middels 8 geluidsmeters in de Naamsestraat gemeten en vergeleken met representatieve controleperiodes. Daarbij keken we naar het aantal geluidspieken van 70+dB (dit wordt als storend ervaren) en de gemiddelde hoogte van de pieken (hoe hoger, hoe storender) en konden we aan de hand van een algoritme meten hoe vaak er specifiek werd geschreeuwd en gezongen.
Naast een vergelijking met een controleperiode, konden we ook binnen de testperiode zelf een vergelijking maken tussen het gebied vóór en ná de nudge, om statistisch te kunnen controleren voor algeheel geluidsafname. De resultaten van de tweede test lieten een significante afname (32-34%) zien van het aantal geluidspieken veroorzaakt door zingen en schreeuwen. De metingen nabij de nudge toonden de sterkste daling, maar ook meetpunten een stuk ná de nudge lieten een daling van het nachtlawaai zien.
Verder bleek dat hoewel de nudge vooral vroeg in de nacht (tussen 23:00u en 01:00u) het meest effectief was, deze ook nog effectief bleef tot in de kleine uurtjes (tot 5:00u). De afname zit daarbij vooral in de geluidspieken rond de 70-80dB wat overeenkomt met hard praten, zingen, en elkaar roepen. Dat impliceert dat het vooral mensen zijn die af en toe nietsvermoedend nachtlawaai produceren (en niet doorhebben dat dit in een woonwijk gebeurt) op wie de nudge het sterkste van invloed is geweest.
